Eiwit- of aminozuurbehoefte?

Eiwitten zijn de bouwstenen van het lichaam. Afhankelijk van hun functie in het lichaam kunnen eiwitten worden onderverdeeld in structurele componenten van veren en celwanden - voor de opbouw van spieren, enzymen en hormonen - voor een optimale werking van het immuunsysteem - als transportmiddelen in het bloed. Eiwitten zijn opgebouwd uit aminozuren: essentieel, niet-essentieel en semi-essentieel. Het lichaam kan de essentiële aminozuren niet aanmaken. Ze moeten daarom via de voeding (duivenvoermengsels of -supplementen) worden verstrekt. Een biologisch compleet eiwit bevat alle essentiële aminozuren in voldoende hoeveelheden om aan de eiwitbehoefte van de duiven te voldoen. In voldoende hoeveelheid, aangezien duiven geen aminozuurreserve aanmaken, aangezien er een eerste beperkend aminozuur is, namelijk datgene waarvan het gehalte in het voer het laagst is en dat bepaalt hoeveel "nieuw" eiwit kan worden opgebouwd (vgl. Liebig's minimale ton). In de kropmelk van duiven komen de volgende aminozuren voor: tryptofaan, methionine, fenylalanine, isoleucine, arginine, leucine en lysine. De beperkende essentiële aminozuren bij duiven zijn lysine, methionine, tryptofaan en arginine. Graan- en zaadmengsels bevatten soms te weinig methionine en lysine. Je kunt deze essentiële aminozuren aanvullen met een supplement en zo de kwaliteit van een gebruikte eiwitbron verbeteren, in plaats van te proberen het tekort te compenseren door meer van de "slechtere" kwaliteit eiwitbron te gebruiken.

Vitaminen: hoe meer, hoe beter ?

Vitaminen zijn essentiële organische stoffen die het lichaam slechts in kleine hoeveelheden nodig heeft. Elk heeft een specifieke functie en ze zijn belangrijk bij het bouwen van enzymen en co-enzymen. Vitaminen kunnen niet door het lichaam zelf worden aangemaakt en moeten via de voeding worden ingenomen. De dagelijkse vitaminebehoefte van duiven kan toenemen als ze veel moeten doen (tijdens de opfok, rui of tijdens het vliegseizoen), na een ziekte (bij diarree, darmontsteking) of na inname van medicijnen. De vitamines die een rol spelen bij de (vet)stofwisseling en (vet)verbranding worden ook wel sportvitaminen genoemd (B-vitamines, vitamine E en biotine). Vitaminen die de groei en weerstand ondersteunen, worden kweek- of rui-vitamines genoemd (vitamine A, vitamine C en sommige B-vitamines). Omdat vitamines essentieel zijn voor de stofwisseling, moeten ze dagelijks worden geleverd, bij voorkeur uit natuurlijke bronnen (kwaliteitsgraanmengsels of biergist) of uitgebalanceerde supplementen (vooral de B-vitamines) in de aanbevolen doseringen.

Reclame: